Belangrijke wijzigingen in cao voor uitzendkrachten per 1 juli 2023

Image

Vanaf 1 juli zijn er een aantal belangrijke zaken veranderd in de cao voor uitzendkrachten. Goed werkgeverschap, zekerheid en duidelijkheid voor uitzendkrachten en werkgevers zijn hierin de leidraad.

Welke gevolgen dit heeft voor werkgevers? We hebben de drie belangrijkste wijzigingen voor op een rij gezet. We vertellen je ook graag welke kansen wij met de komst van de wijzigingen zien.


1.Werkervaring telt mee bij inschaling

Bij het bepalen van het loon moet er rekening worden gehouden met de relevante werkervaring van de flexkracht. Dit zijn de regels per 1 juli 2023: 

  • Dit betekent dat de werkervaring van de flexkracht wordt verzilverd en dat er bewuster ingeschaald moet worden bij aanvang van de werkzaamheden. Een flexkracht met relevante werkervaring kan dus niet starten in de laagste trede van de functieschaal.
  • Wanneer de flexkracht terugkeert bij dezelfde opdrachtgever of bij een andere opdrachtgever binnen hetzelfde CAO-gebied, in een nagenoeg gelijke functie, wordt bij inschaling uitgegaan van minimaal de eerdere inschaling.
  • Mocht op grond van de inlenersbeloning, in een onderbroken contractperiode, waarbij de onderbreking niet meer dan negen maanden is, sprake zijn van een trede-verhoging, dan moet deze trede worden toegekend alsof geen contractonderbreking is geweest. 
    Voor het vaststellen van de relevante werkervaring wordt rekening gehouden met informatie over opleidingen, werkervaring en competenties verstrekt door de flexkracht. De uitzender dient de relevante werkervaring van de flexkracht goed vast te leggen en te beoordelen. De flexkracht kan de uitzendonderneming verzoeken om uitleg te geven over de inschaling, waarbij de uitzender verplicht is hieraan gevolg te geven. 


2.Toekennen van periodieke verhogingen  

Per 1 juli 2023 is het uitgangspunt dat de uitzendkracht altijd recht heeft op een periodieke verhoging. Periodieke verhogingen worden aan flexkrachten toegekend op dezelfde wijze als hoe dat bij medewerkers van de opdrachtgever gebeurt. Indien het toekennen van een periodieke verhoging bij de opdrachtgever afhankelijk is van de beoordeling van de flexkracht, dan geldt het volgende: 

  • De flexkracht krijgt altijd een periodieke verhoging toegekend behalve wanneer kan worden aangetoond dat de flexkracht een negatieve beoordeling conform de regels en procedures bij de opdrachtgever heeft gekregen. In dat geval hoeft de periodiek niet te worden toegekend.
  • Wanneer geen, of niet tijdig een beoordeling heeft plaatsgevonden dan krijgt de flexkracht de periodieke verhoging die aantoonbaar het meest gangbaar is bij de opdrachtgever. 


3. De uitbreiding van de inlenersbeloning

Vanaf 1 juli 2023 wordt de inlenersbeloning uitgebreid met de bepaling dat alle toeslagen en alle kostenvergoedingen vallen onder de inlenersbeloning. Waar dit eerder nog deels het geval was. Voorbeelden van vergoedingen bij opdrachtgevers die per 1 juli onder de inlenersbeloning vallen zijn bijvoorbeeld gereedschapskosten.  

Welke kansen zien wij?  

Paul Haarhuis, CCO Timing: “De wijzigingen hebben vooral effect op de beloning van de flexkracht. Wij zien kansen om flexkrachten met ervaring beter te kunnen werven en behouden, doordat zij per 1 juli betaald worden op basis van hun specifieke werkervaring. Wij verwachten dat uitzendwerk daarmee aantrekkelijker wordt, waar het aantrekken van flexkrachten met ervaring in het verleden moeilijk is gebleken. De wijzigingen die ingevoerd worden per 1 juli stimuleren dat en dragen bij aan meer perspectief voor onze flexkrachten en uiteindelijk voor een (nog) betere binding met onze opdrachtgevers.” 

Image